zonder titel 661, 40 x 50 cm, olieverf op linnen |
woensdag 6 maart 2013
Schilderijen waarin het kenbare verdwijnt of verschijnt
FrieschDagblad
Woensdag 27 februari 2013
In de tentoonstelling Omzwervingen
vormt het werk van de drie exposanten een mooi trefpunt. Toch gaat ieder
geheel zijn eigen weg in het zoeken naar de essentie der dingen.
Op de begane grond van de Drachster E.M. Galerie zijn
schilderijen van René Korten en Yves Beaumont. Hun benaderingswijze is totaal
verschillend, maar een overeenkomst is dat zij beiden gevoel hebben voor
monumentaliteit. Dit geldt ook voor de
schilderijen van Paul Corvers die gepresenteerd worden in een aparte ruimte op
de bovenverdieping. Zijn heldere kleurgebruik heeft tot gevolg dat het werk
zichzelf betrekt in wat zich daar beneden afspeelt, waardoor een gelijkwaardig
totaalbeeld ontstaat.
Yves
Beaumont en Paul Corvers gebruiken het landschap als aanknopingspunt en zoeken
daarbij naar het moment dat het kenbare verdwijnt en iets anders wordt. Bij
René Korten verloopt het proces juist andersom, de abstractie is zijn
aanknopingspunt waarbij hij uiteindelijk uitkomt bij iets wat hij herkent. Dat
kan iets landschappelijks zijn, vaak gecombineerd met tekens zoals letters of
plattegronden. Dit helpt hem een associatiestroom in gang te zetten. Cultuur
versus natuur, daar draait het bij René Korten (Horn, 1957) om. Althans dit
komt naar voren in de uitleg over zijn werk dat in een mooi boekwerk is
opgenomen naar aanleiding van zijn tentoonstelling in het De Pont Museum in
Tilburg afgelopen jaar. Zijn onderwerp is natuurlijk heel ruim op te vatten
maar duidelijk is dat Korten de uiterste contrasten opzoekt binnen de
abstractie en vooral zijn kracht vindt in het experiment. Dat gebeurt zowel in
kleur als in Narcosis, waarin hij een
helder gele laag over pimpelpaars heeft geschilderd dat er nog ternauwernood
tussenuit piept, als in Senknecht. In
dit laatste werk worden strakke vlakken afgewisseld met organisch gegroeide
verfvlekken, een strak rasterpatroon en wit afgeplakte lijnen die nodig zijn om
het contrast en daarmee de spanning te verhogen.
Het werk
van Paul Corvers (’s-Hertogenbosch, 1953) is aardser maar even kleurrijk. Hij
haalt zijn inspiratie uit de beleving van een landschap waarbij de essentie
probeert te vatten en al het overbodige weglaat. Wat opvalt bij de negentien
schilderijen die op een speelse manier ten opzichte van elkaar zijn opgehangen,
dat in de helft een kader is geschilderd waarbinnen zich iets afspeelt. Alsof
de kijker door een raam of tunnel kijkt waardoor het geziene iets afgeslotens
krijgt. Zeer primair zijn wolken, lucht en land verbeeld; zijn schilderijen
bestaan vaak uit slecht enkele elementen, met een stevige verstreek neergezet.
Yves
Beaumont (Oostende, 1970) schildert landschappen waarbij hij zoveel mogelijk
weglaat of weer weg schildert, waardoor een mysterie wordt opgeroepen. De glans
van een waterplas in donkere landen, de vlekkeloze overgang van een witte lucht
in het water die bij The River enkel
verbroken wordt door twee wiggen van donkere bosschages. Het kleurenscala ligt
daarbij dicht bij wit of dicht bij zwart.
Marije Bouman
Abonneren op:
Posts (Atom)